Leve de natuur
Dames en heren, dan is nu het moment waar u op zit te wachten. Ja, hoor het is ons weer gelukt, de winst is afgelopen jaar 20 procent hoger als vorig jaar. Na een lang applaus ging Henry Moneymaker verder. Als directeur van dit bedrijf kan ik u vertellen: we zitten goed op koers en in stijgende lijn. Tot nu toe is het ons nog steeds gelukt om milieubeschermers met veel beloven tevreden te stellen, gedaan hebben we nog weinig omdat dit goed de klad zou gooien in onze winstuitkering aan u als aandeelhouders. Daarom we blijven beloven om het milieu te beschermen, maar dat mag vooral niet ten koste gaan van onze portemonnaie. Dames en heren ons doel is de lijn, die we al enkele jaren volgen, door te trekken. Er groeien nog bomen, er vliegen nog volgels en er zwemmen nog vissen. Wil de mens een goed leven dan zal er gewerkt moeten worden en geen gezeur over schone of vuile lucht. Dank u. Na een lang applaus stal Henry Moneymaker een verse bolknak op en nam een teug van een goede wijn en dacht: ziezo dat heb ik er weer netjes afgebracht. Maar zie wie had de hele vertoning meebeluisterd. Dat was Gerrit de kraai. Hij die altijd kraaitje de voorste was, als baby kon hij zijn beurt niet afwachten, balanceerde op de rand van het nest. Hij dacht naar die tak kan ik best al vliegen, maar nee hoor daar lag hij onder de boom. Het lukte niet om naar boven te vliegen. Wat nu? Gerrit had geluk dat Rik hem vond en niet de kat uit de buurt. Was de kat eerder geweest, dan was er geen verhaaltje geweest. Rik zei: hé wat doe jij nou en wat moet ik met je? Het nest is veel te hoog. Daar kan ik niet bij en bovenal val ik voor jou ook niet graag uit de boom. Weet je wat, thuis heb ik nog een konijnehok. Moortje is er uit, jij kunt er mooi in. Zo gezegd zo gedaan. Na een paar maanden mocht Gerrit er steeds vaker uit, ging Rik wandelen of fietsen en mocht Gerrit mee. Als Rik ging fietsen dan zat Gerrit op het stuur. Dat vond hij prachtig. Rik leerde Gerrit praten. Verstaan kon hij Rik al heel gauw. Zat Rik op de fiets en riep hij Gerrit dan vloog Gerrit snel naar het stuur en genoten ze allebei. Nadat Gerrit een paar jaar bij Rik thuis was gewest kreeg hij in het voorjaar een vriendinnetje. Zonder Rik gedag te zeggen vlogen ze samen weg om een nestje te bouwen. Vandaag zat hij op een tak voor het raam fijn in het zonnetje en hoorde de speech van Henry Moneymaker. Zijn veren rezen te bergen. De vogels vliegen nog en de vissen zwemmen nog. Mooi is dat. Toen Gerrit ‘s avonds gezellig met de andere kraaien in de oude beuk zat, vertelde Gerrit wat hij die middag had gehoord. Veel beloven en weinig doen voor de natuur. Gerrits vrienden zeiden tegen Gerrit: met dit verhaal moet je naar de Oehoe, de oude wijze uil. Ga hem vragen wat hij hiervan vindt. Nadat de uil het hele verhaal over Henry Moneymaker had gehoord zei Gerrit: probeer jij eens om er achter te komen waar die mooie meneer woont. Dit was een kolfje naar Gerrits zijn zin. Al heel gauw wist Gerrit de uil te vertellen, die meneer woont in een heel mooi en groot huis met een prachtige tuin. De uil vroeg Gerrit: wil jij aan alle dieren vragen om morgenavond bijeen te komen onder de kromme eik. Meneer de uil, die iets bijziende was, wist niet wat hij zag, alle dieren hadden afgevaardigden gestuurd. Het werd muisstil toen de wijze uil het woord nam. Beste vrienden, de hele nacht heb ik nagedacht en ik voor jullie allemaal een opdracht. De hele mensheid kunnen we niet vertellen hoe of het moet met onze natuur. De aarde is van ons allemaal, maar de mens kunnen we de goede kant op wijzen. Onze actie begint maandagmorgen en jullie horen van Gerrit wat ik van jullie verwacht. Hij heeft de leiding van het hele plan dat ik aan hem vertel. Laten we hopen dat ons plan slaagt, succes allemaal. Na een fijn weekend reed Henry Moneymaker de Jaguar uit de garage. De zwarte auto glom als een spiegel, dat had de tuinman weer netjes gedaan. Hij liep zoals gewoonlijk even naar de mooie achtertuin en stond samen met Sally, zijn vrouw, nog even bij de vijver te kijken. Zo Sal het zal wel laat worden vanavond. Ik heb een zakendiner. Ik hoop nog een goede slag te slaan. Ik bel je nog wel vandaag. Even een smakkerd en een pakkerd. Hè, het is al laat, dan maar een extra trap op het gaspedaal. Maar toen Henry het tuinhek uitkwam wist hij niet wat hij zag. Was dat zijn Jaguar, die bak onder de vogelpoep. Dat kon toch niet. Zo kon hij, Henry de Moneymaker toch niet de straat op. Sal, die haar man altijd nakeek als hij de oprijlaan uit reed, wist ook niet wat ze zag. Wat was er nu gebeurd? De reigers hadden hun eerste opdracht uitgevoerd. Ze hadden zich van de goede kant laten zien. Na het wakker worden hadden ze zich verzameld en in opdracht van Gerrit de kraai hun heel grote boodschap op de mooie auto van Henry gedumpt. Dit was het begin van veel ellende voor Henry Moneymaker. Nadat de tuinman zijn auto weer wat toonbaar had gemaakt, ging Henry naar kantoor, waar hij te laat en erg kriebelig aankwam. Nadat hij de grote order waar hij vast op gerekend had ook nog misliep kwam hij in een niet zo’n beste bui ‘s avonds thuis. Maar na lekker eten, een sigaartje en een goed glas wijn zakte de boze bui van Henry Moneymaker. Hij zei tegen Sal: morgen zal het wel beter gaan. We gaan maar vroeg naar bed. Ik ben zo moe na deze rotdag. Henry deed het licht uit, draaide zich op zijn zij. Zie zo, maar wat was dat? Wat hoorde hij nu? Daar kwam Henry gauw achter. Alle katten uit de buurt zaten op het grasveld of in de bomen. Het lawaai dat ze voortbrachten was niet om aan te horen. Of Henry nu vloekte of schreeuwde, het hielp niets. Aan slapen hoefde hij niet meer te denken zolang het donker was. Die paar uurtjes waren ‘s morgens waren niet genoeg om Henry fit naar het werk te krijgen. Sal kon gelukkig nog een paar uurtjes blijven liggen. Henry had geen dag of nacht rust meer. De mollen maakten van zijn tuin een zandbak, zijn terras was wit van de boodschappen van de kraaien en andere vogels. De uilen lieten hem ‘s nachts ook niet met rust. Ook de honden lieten van zich horen en jankten er ‘s nachts op los. Overdag kon hij zich niet buiten begeven. Muggen, bijen, wespen en vliegen lieten de arme Henry ook niet met rust. Na enkele weken was Henry doodop. Ten einde raad, nadat hij zijn werk ook niet goed meer kon doen, ging hij naar de dokter. De dokter gaf hem wat slaappillen, maar die hielpen ook maar even. Weer terug naar de dokter en deze zei luistert u eens, de beste oplossing is om te verhuizen en ander werk is volgens mij de enige oplossing. En laat me die Henry nou geluk hebben. Thuis in de courant gekeken stond er een advertentie van Natuurmonumenten. We zoeken een medewerker die voor ons een actie op touw wil zetten voor het aanwerven van nieuwe leden. Voor iemand die denkt de capaciteit te bezitten, stellen we een bungalow met kantoor ruimte ter beschikking op de Veluwe. Heerlijk rustig aan de rand van bos en hei. Henry Moneymaker schreef een brief en na een gesprek werd hij aangenomen om voor de actie om leden te winnen voor Natuurmomenten. Binnen de kortste tijd stroomden de leden bij bosjes binnen. Dit tot aller tevredenheid. Ook bij de dieren, die aan dit alles hadden meegewerkt. Toen Gerrit een kijkje ging nemen bij de Moneymakers hoorde hij Henry zeggen: Sal wat hebben we het fijn hier. Hoor de vogels, zie de eekhoorns klauteren en de konijntjes huppelen. Wat ben ik blij dat we hier terecht zijn gekomen en onze medewerking kunnen geven aan het sparen van onze mooie natuur. Onder het genot van een bakje koffie genoten de Moneymakers op de bank voor hun huis tot laat in de avond van alles dat ze hoorden en zagen. Gerrit de kraai ging voldaan terug om de wijze uil te vertellen dat het met de Moneymakers goed ging. De wijze uil was blij dat er weer een mens het nut van onze natuur ontdekt had. Hoe kon je nu alle mensen laten weten dat de aarde van ons allemaal is. Ook de dieren en de bomen hebben recht op een goed leven.
Wat leuk!! Dit ga ik morgenavond Jasmijn voorlezen. Zet je er meer verhalen op, Dick? x, Esther
BeantwoordenVerwijderenWat heerlijk om dit weer eens te lezen; ik zie uit naar de volgende verhalen. x, Marijke
BeantwoordenVerwijderenWat een leuk verhaal, Pa je had na je werk in de steenhouwerij een niet onverdienstelijk schrijver van kinderverhaaltjes kunnen worden.
BeantwoordenVerwijderenPa chapeau.
Dikke knuffel
Laura